3.1.3 Actuele ontwikkelingen
De Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb)
Op 1 januari 2024 zijn de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking getreden. Met de inwerkingtreding van deze wetten gaat er veel veranderen. Het principe van legesheffing en ook de wettelijke grondslag voor het heffen van leges veranderen niet, maar de taak van de gemeente verandert wel, en ook het vergunningstraject en het bouwproces zullen anders gaan verlopen. De consequenties voor de inrichting van de organisatie, de gemeentelijke processen en ook de financiën zijn daarbij afhankelijk van de lokale ambities, beleidsinvulling en inrichtingskeuzes.
Wijziging Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ
De afgelopen jaren zijn gemeenten geconfronteerd met de stijgende kosten en werkdruk door WOZ-bezwaarprocedures die gevoerd worden door commerciële bezwaarbureaus, de zogenoemde ‘no cure no pay bureaus’. Zo is landelijk het totaal aantal bezwaren voor woningen tussen 2020 en 2023 gestegen van 242.000 naar 595.000. Het aantal door bureaus ingediende bezwaren groeide in dezelfde periode van 99.000 naar 265.000. In 2022 werd in totaal circa 20 miljoen euro betaald aan de no cure no pay bureaus. De cijfers voor 2023 zijn nog niet bekend, maar gezien de grote stijging van het aantal bezwaren is de verwachting dat de uitbetaalde vergoedingen en de uitvoeringskosten aanzienlijk zijn gestegen. Dit heeft geleid tot een wijziging van de Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ.
Door deze wetswijziging gaan vanaf 2024 de vergoedingen voor proceskosten en immateriële schade bij bezwaren tegen de WOZ-beschikking en aanslag onroerende-zaakbelasting omlaag. De proceskostenvergoeding voor professionele rechtsbijstand wordt 25% van de huidige vergoeding als de inwoner of het bedrijf gelijk krijgt en de WOZ-waarde dus omlaag gaat. Als in beroep om andere redenen een vergoeding wordt toegekend, is de vergoeding voor professionele rechtsbijstand 10% van de huidige vergoeding. Als de gemeente niet binnen een redelijke termijn uitspraak doet, is de vergoeding voor immateriële schade lager. Die vergoeding is dan niet 500 euro, maar 50 euro voor elk half jaar dat het proces langer duurt dan die termijn. Ook krijgen inwoners die met professionele rechtsbijstand succesvol bezwaar maken tegen WOZ-beschikkingen hun vergoeding vanaf 1 januari 2024 rechtstreeks uitbetaald. De vergoedingen gaan dus niet langer direct naar de bureaus.